Waar gaat dit onderwerp over?
Dit artikel gaat over het overwegen en oprichten van een stichting rond je kerkgebouw. Een belangrijke vraag bij beheer en behoud van een kerkgebouw is namelijk of het beheer en eigendom bij de kerk blijft of dat je het beheer en of eigendom (geleidelijk) onderbrengt in een nieuwe rechtspersoon. Je kunt voor verschillende opties kiezen. Verreweg de meest gekozen rechtsvorm is een stichting. Dit blijkt ook uit het onderzoek Verleden met toekomst van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, uitgevoerd in 2024. In deze notitie gaat het over het overwegen en oprichten van een stichting.
De aanleiding hiervoor kan verschillend zijn:
- Er zijn bijvoorbeeld partijen met wie u de gebouwen gezamenlijk gebruikt en er is behoefte hier een gezamenlijke stichting voor op te richten.
- Er zijn minder vrijwilligers (bestuurlijk en/of uitvoerend) of er is minder geld om het kerkgebouw goed te kunnen beheren.
- Voor de exploitatie van een zalencentrum of begraafplaats of een steunstichting voor fondsenwerving wordt een passende rechtspersoon gezocht.
- Een (mogelijke) subsidient wil niet rechtstreeks aan het kerkgenootschap een subsidie toekennen, maar wel aan een stichting als rechtspersoon bijvoorbeeld voor maatschappelijke activiteiten in het gebouw.
Belangrijke vragen om je als college bij dit onderwerp te stellen
- Wat is het doel om een stichting op te richten? Wat wordt er mee beoogd? Welk eventueel probleem wordt er mee opgelost? Kijk hierbij ook naar de visie op kerkzijn die je als kerkelijke gemeente hebt. Past het onderbrengen van gebouwen in een stichting in die visie?
- Wie gaan het stichtingsbestuur vormen? Ook voor een stichtingsbestuur zijn vrijwilligers nodig die bereid zijn zitting te nemen in het bestuur. Toets daarom vooraf of deze er zijn.
- Uit hoeveel personen bestaat het bestuur en door wie worden zij benoemd? Dit is van belang wanneer je als kerk bepaalde invloed wilt behouden op de stichting.
- Wat betekent het inbrengen in een stichting voor de activiteiten die plaats vinden in het kerkgebouw? Hoe wordt de religieuze functie behouden en in welke mate zijn bijvoorbeeld commerciële activiteiten gewenst en wellicht noodzakelijk om de stichting financieel gezond te houden? Welke zeggenschap houdt de kerkelijke gemeente?
- Wat betekent het inbrengen in een stichting voor het interieur, terrein om het gebouw en bijvoorbeeld begraafplaats? Zorg dat voor iedereen zo goed mogelijk duidelijk is wat er wel of niet kan en mag om teleurstellingen te voorkomen.
- Welke stichtingsvorm past bij onze situatie; welke taken draag je over en waarvoor blijf je zelf verantwoordelijk? Denk hierbij aan een vriendenstichting, een exploitatie- of beheerstichting of een eigendomsstichting. Meer informatie over de verschillende vormen en de voor- en nadelen is te vinden in dit artikel van Peter de Wit of in hoofdstuk 4 van het eerdergenoemde rapport Verleden met toekomst.
- Hoe gaat de stichting financieel gezond draaien? Is er een bijvoorbeeld een startbedrag, een zogenaamde bruidsschat, benodigd vanuit de kerk? Of moeten er (huur)garanties worden afgegeven? Wat is er anderzijds mogelijk op het gebied van subsidies etc.
- Hoe is de kerkenraad bij deze plannen betrokken (zij richt immers de stichting op!)? Op welke wijze is de kerkelijk gemeente in dit proces betrokken.
- Het onderbrengen van beheer en of eigendom van een kerkgebouw in een stichting kent zeker ook een emotionele kant. Het is daarom van groot belang om kerkenraad en gemeente zo vroeg mogelijk bij de plannen te betrekken en frequent te communiceren.
- Wie zijn er verder eventueel belanghebbenden? Denk aan de burgerlijke gemeente als het gaat om bestemming en vergunningen en check of er een kerkenvisie is. Denk verder aan beheerders, vrijwilligers en huurders. Vergeet ook omwonenden niet. Als er andere activiteiten gaan plaatsvinden in een gebouw dan kan dit gevolgen hebben voor parkeren, geluid etc.
En verder:
Naast stichtingen die zich inzetten voor een specifiek kerkgebouw, zijn er ook stichtingen die meerdere kerkgebouwen in beheer hebben, zoals Stichting Oude Groninger Kerken en Stichting Alde Fryske Tsjerken. De Handleiding voor kerkrentmeesters geeft een toelichting over rechtspersoonlijkheid van de kerk en welke doelen en vormen er kunnen zijn bij het oprichten van een stichting. Het geeft inzicht in het onderscheid tussen een stichting vrienden van, een exploitatie-of beheerstichting en de eigendomsstichting, met bijkomende voor- en nadelen.
Wat moet je als kerkrentmeester doen/weten?
- Zorg dat antwoorden op bovenstaande vragen voor alle betrokkenen duidelijk zijn en zorg voor een goede vastlegging van afspraken! Denk daarbij ook goed na hoe en in welke mate je hierover de gemeente informeert.
- Raadpleeg de kerkorde en de generale regeling over dit thema: Oprichten van een (kerkelijke) stichting (ord. 11-25 en GR13). In de generale regeling worden drie stichtingsvormen besproken met bijbehorende aandachtpunten voor het opstellen van de statuten; een protestantse stichting, een interkerkelijke stichting, of een gemengde stichting.
- Maak een risico/impactanalyse; denk o.a. aan de risico’s op verlies van grip op vermogen, zeggenschap over het gebruik van het kerkgebouw, de samenwerking tussen het kerkelijk bestuur en stichtingsbestuur en de financiële en fiscale impact. Maar denk ook aan de risico’s voor het landelijk kerkverband; de Protestantse Kerk wil ervoor zorgen dat kerkelijke instellingen hun eigendommen en financiën op een verantwoorde manier beheren (en heeft dit ook zo met overheid en belastingdienst afgesproken). Stichtingen die door kerkelijke lichamen zelf worden opgericht, dienen ook de belangen van het kerkverband en haar gemeenschappen te dienen. Belangrijk om mogelijke oplossingsrichtingen hierop te toetsen.
- De CCBB dient goedkeuring te verlenen voor het oprichten van een stichting en de statuten. Zie voor contactgegevens de website van de Dienstenorganisatie: contactgegevens CCBB
- Realiseer je dat je als college niet als eerste voor dit vraagstuk staat! Informeer bij andere gemeenten die afwegingen hebben moeten maken bij bovenstaande vragen. Zij kunnen vanuit ervaring delen wat goed werkt en wat angels en voetklemmen kunnen zijn. TIP: deel de vraag in de VKB App (of gebruik de zoekfunctie van de app om terug te lezen hoe er eerder over dit thema is nagedacht door kerkrentmeesters) om in contact te komen met andere colleges of informeer bij de VKB naar namen van gemeenten die recent een stichting hebben opgericht.
Meer weten?
- Kerkorde (ord. 11-25) en Generale Regeling 13
- Hoofdstuk 35 uit de Handleiding voor kerkrentmeesters
- Artikel ‘Stichting: Panacee of hoofdpijndossier?’
- Rapport Verleden met toekomst?
- Model statuten op de website van de PKN
VKB-partners die bij het oprichten van een stichting kunnen helpen:
Laatste update: 8 april 2025