…en wat we kunnen leren van deze verkoop voor de toekomst van het kerkgebouw

 

Eind augustus verscheen op social mediaplatform LinkedIn een ronkende advertentie van Reliplan voor een Groningse 13e eeuwse kerk op een enorme kavel (4730 m²). “Wellicht woonzorg waarvan de kerk een onderdeel is. Senioren woningen met kerk als middelpunt?” vraagprijs: €495.000,- k.k.  Een week later bracht het Nederlands Dagblad het verhaal over deze kerk naar buiten[1]. Medio 2024 aangekocht door een Amsterdamse vastgoedpartij voor 10.000 euro van het lokale college van kerkrentmeesters. Met eveneens een prachtig verhaal om de kerk voor de dorpsgemeenschap te bewaren en er mogelijk een rouwcentrum in te vestigen. De protestantse gemeente was blij dat ze bij deze verkoop geld toe kregen, in plaats van tonnen euro’s erbij te moeten leggen om deze als bruidsschat aan de nieuwe partij voor het onderhoud mee te geven. Even leken er dus allemaal winnaars te zijn. En juist dat had natuurlijk vragen moeten oproepen.

Een beetje gezonde naïviteit zou toch bij een toezichthouder (CCBB) of geloofsgemeenschap aanwezig mogen zijn. Ja, er zijn prachtige voorbeelden van geweldig mooie herbestemde kerkgebouwen met nieuwe functies voor dorp en eigenaar. Maar veel vaker is de praktijk weerbarstiger. En meestal verdwijnt de potentie van de plek vooral in de zakken van de ontwikkelende partij zeker als de bestemming van de locatie na verloop van tijd wijzigt. Dat de nieuwe eigenaar er een goede boterham aan verdient, is niet eens het probleem in deze casus. Zo werkt de markt nu eenmaal, de kerk is nog niet eens verkocht (gaat iemand nu nog €500.000 voor deze kerk geven?) en het risico ligt immers ook bij de vastgoedpartij.

Waar het in deze casus wringt, is dat dit allemaal binnen een paar maanden is gebeurd. Nadat de kerk verworven is, lijkt er van de gedane beloften nog weing gerealiseerd en wordt deze nu alweer doorverkocht. Dat riekt naar snel cashen met een kerkgebouw, zeker als je kunt speculeren met een mogelijk nieuwe bestemming (deels naar (zorg)woningbouw).

 

Wat leren we van deze casus voor de toekomst van de ruim 2000 kerkgebouwen die nu nog in het bezit zijn van de lokale colleges van kerkrentmeesters?

  1. Begin op tijd met je bezinning rond het mogelijk afstoten/herbestemmen van een kerkgebouw. Wacht niet totdat het urgent is, maar denk na over hoe je de komende jaren je gebouw(en) wilt gebruiken, en welke mogelijkheden er zijn voor ander (neven)gebruik. Laat je hier ook tijdig en deskundig op adviseren. Als VKB helpen we je graag bij het vinden van een geschikte begeleider in dit proces. Kijk ook in de VKB Kennisbank onder het thema ‘Herbestemmen kerkgebouw’.
  2. In de voorbije jaren zijn er met steun van het Rijk en in opdracht van de lokale overheid op heel veel plekken Kerkenvisies samen met eigenaren opgesteld. Helaas mochten deze wel vormvrij worden ingevuld, zodat er grote verschillen zijn. Sommige kerkenvisies bleken zo de aanzet tot een vervolg en samenspel tussen kerk en overheid (bijv. Buurtbakens in Haarlem) of een aanzet voor visieontwikkeling op het vlak van religieus erfgoed (bijv. Alkmaar). Maar soms bleef het bij inventarisatie van wat een lokale overheid wilde weten, en ligt het nu in de la van een gemeente. Ook voor de kerk van Woldendorp is er een kerkenvisie gemaakt. Maar zowel lokale overheid als kerkgemeente zijn rond de verkoop niet over deze visie in gesprek gekomen. En dat is een gemiste kans.
  3. Betrek in een vroeg stadium de omgeving bij een mogelijke verkoop. Hoewel dorpelingen misschien niet meer in de kerk op zondag komen, kan het gebouw ervaren worden als ‘hun dorpskerk’. En dan is er soms best wat mogelijk om gedeeld eigenaarschap te realiseren met buurtbewoners en/of maatschappelijke instellingen, of om te komen tot een vrienden van stichting, die externe fondsen weet te vinden. Zo heeft de protestantse gemeente Wadenoijen nadrukkelijk zich tot het dorp gewend.
  4. Durf ook kritisch te zijn. Soms lijken plannen die je worden voorgehouden te mooi om waar te zijn. Leg daarom afspraken zwart op wit vast, zeker als het gaat om recht op terug huren van de ruimte, bepaald gebruik, wat wel of niet in het kerkgebouw kan plaatsvinden. En wat te doen als de bestemming van de locatie in korte tijd wijzigt. Vaak wordt gedacht dat je als verkoper weinig hebt in te brengen. Maar niets is minder waar, het is in veel transacties heel gewoon om de eisen aan beide zijden van de tafel helder te verwoorden. En ook hier geldt: laat je bij de verkoop goed (juridisch) adviseren. En de toezichthouder mag haar rol hierin ook wat steviger spelen: zorg voor een goede checklist van stappen die je in het proces van een gemeente of bemiddelende partij verwacht. Want een ding is zeker na de verkoop: je legt de sleutel en de toekomst van het gebouw definitief in andere handen.
  5. Kerkbestuurders zitten met hun handen in het haar vanwege de onderhoudslast , bestuurders zijn op leeftijd of hebben meerdere zorgen, waardoor ze niet genoeg ruimte hebben om breder te kijken. In de theorie van de schaarste[2] (schaarste in tijd of denkkracht) is duidelijk geworden dat je blik steeds meer verengt tot een tunnelvisie. En uit onderzoek blijkt dat deze ‘stress’ tijdelijk zorgt voor een lager IQ. Juist daarom is het goed om je blik te verbreden omdat dit weer denkkracht toevoegt. En kun je dat niet (meer) zelf, vraag dan hulp of advies in.
  6. Waar kerken worstelen met een mogelijk vervolg van hun gebouw, zijn er inmiddels allerhande partijen die daarover nagedacht hebben: combinaties met woningbouw/leefgemeenschappen/zorgconcepten en tegelijk rekening houdend met de rol en positie die het kerkgebouw altijd in de gemeenschap heeft ingenomen.[3] Juist al deze partijen willen beginnen bij de mensen van de huidige eigenaar en betrekken diverse betrokkenen hier graag bij. En het denken hierover gaat door, zowel bij onze VKB partners (link naar partners gebouwen) die dit jarenlang doen, als ook bij nieuwe initiatieven zoals kerkvernieuwers.nl of www.livinginhospitality.nl.
  7. Het bovenstaande maakt ook duidelijk, dat het voor de Protestantse Kerk tijd wordt voor een toekomstgericht vervolg op het Synodale rapport ‘Speelruimte gezocht’ uit 2022[4]. Dit rapport is een geweldig aanzet gebleken voor een bredere visie op het protestantse kerkgebouw, maar nu is het ook nodig dat we nadenken over hoe we als kerk bijdragen aan het behoud van ons religieus erfgoed en lokale bestuurders indien nodig hierin de helpende hand bieden.

 

Samenvattend ben ik blij dat deze situatie een keer onder een vergrootglas is komen te liggen, ook de media-aandacht. Niet om betrokkenen nu de maat te kunnen nemen, want velen hebben met de beste intenties gehandeld. Maar met deze casus kunnen we vooral leren van wat er niet goed aan is gegaan. Dat signaal heb ik ook in het NPO-Radio 1 programma “Geld of je leven” willen onderstrepen[5].

En hopelijk trekt iedere betrokkene hierin zijn les. Als VKB zullen we dat ook doen, en nog duidelijker gaan maken, dat je bij vragen over de toekomst van je kerkgebouw, ons kunt vragen om advies. Dan denken we graag met je mee.

 


[1] Artikel in het Nederlands Dagblad van 2 september 2024 ‘Gronings dorp ontsteld: hoe een paar Amsterdammers snel tonnen proberen te verdienen met hun dorpskerk’ .

[2] Schaarste. Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen. Sendhil Mullainathan & Eldar Safir, 2013.

[3] Zie ook de brochure ‘Goud in handen’.

[4] Zie het rapport ‘Speelruimte gezocht’.

[5] Beluister hier het interview met Joost Schelling op NPO Radio 1.