“Waar staan jullie voor?”
De positie van de VKB
“We kunnen niet met 170 afzonderlijke bezwaarmakende gemeenten spreken, maar zijn wel met koepelorganisaties, zoals de VKB, in gesprek.” Of: “Ik ben wel benieuwd hoe onze vakbond VKB aankijkt tegen deze forse stijging van de bezettingsbijdrage predikanten.”
De nieuwe quotumgrondslagen en verhoging bezettingsbijdrage predikanten 2025 zorgden óók voor interessante uitspraken over VKB Kerkrentmeesters. Blijkbaar is niet voor iedereen – en zelfs niet voor iedereen op sleutelposities – helder wat de taak en plaats van onze vereniging is. Dat is jammer, want het kan voor misplaatste verwachtingen zorgen. Lees hieronder wat de positie van de Vereniging Kerkrentmeesterlijk Beheer wél is en welke stem wij vertolken in het gesprek over o.a. de quotumgrondslagen.
Vereniging VKB Kerkrentmeesters
In de preambule van de statuten staat de missie van de VKB te lezen: “Doelstelling is belangenbehartiging, deskundigheidsbevordering, dienstverlening en kennisdeling op het gebied van kerkbeheer.” Dat doen we al meer dan honderd jaar. Het is altijd een vereniging geweest, en stamt uit de tijd dat de kerkvoogdijen geen onderdeel uitmaakten van de kerkenraad, maar apart ernaast stonden. Binnen de Protestantse Kerk in Nederland zijn in alle ambtelijke vergaderingen (kerkenraad, classis, synode) ouderling-kerkrentmeesters vertegenwoordigd. Lokaal is altijd één van hen voorzitter van het college van kerkrentmeester.
Hoewel het kerkbeheer dus meer dan ooit in de structuur van de kerk opgenomen is, is de behoefte bij kerkrentmeesters gebleven om zich te verenigen in VKB Kerkrentmeesters. Juist het werk van het kerkbeheer vraagt specifieke kennis over de organisatie van de gemeente. Denk aan thema’s als gebouwen, geldwerving en personeelsbeleid of rond de eigen rechtspersoonlijkheid van het college in het maatschappelijk verkeer. Veel van deze onderwerpen zouden de kerkenraadsvergadering onnodig belasten, als dat daar moet worden gedeeld. Dat onze vereniging nodig is en gewaardeerd wordt, blijkt onder andere uit het feit dat 96% van alle colleges Kerkrentmeesters lid zijn.
Spreken namens 1400 colleges
Dit draagvlak onder colleges maakt de VKB een waardevolle gesprekspartners. Daarnaast beschikken we met deze colleges tezamen over specifieke deskundigheid. We schuiven aan diverse tafels aan, denk aan de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) en de Federatie Instandhouding Monumenten (FIM) (inzake gebouwenbeheer). We dragen actief bij aan het Contactorgaan Overheid en Kerk inzake kerkgebouwen (CIO-K), hebben twee zetels in de Delegatie Kerk in het Georganiseerd Overleg Predikanten/Medewerkers (GOP/GOM) waar de arbeidsvoorwaarden worden besproken, en worden door de Generale Synode geconsulteerd inzake beleidsveranderingen. Deskundige gesprekspartner en belangenbehartiger dus. Maar een vakbond of een koepelorganisatie, wij zijn juist meer dan dat.
Belangenbehartiging inzake quotum
Het voorstel voor nieuwe grondslagen voor quotumafdracht leverde flink wat reacties op. Met 170 revisieverzoeken en 216 bezwaarschriften op het besluit van de Kleine Synode kun je stellen, dat er een krachtig signaal ligt om nogmaals goed naar deze grondslagen en het besluit te kijken. Het moderamen heeft toegezegd dit te zullen doen. Als VKB kijken we daarin kritisch mee, zoals we ook eerder dit hebben gedaan. Zo hebben we, vooruitlopend op het eerste voorstel van maart, aangegeven dat we een heffingsgrondslag op het vermogen van de lokale gemeente om diverse redenen onverstandig achten. Dat wordt nu ook zichtbaar in de signalen. Maar we hebben tegelijk onderstreept dat het komen tot een andere grondslag wenselijk is. Zo kan de kerk tegemoet komen aan de vermindering van quotumdruk bij de minder vermogende gemeenten. Hierbij wordt meteen duidelijk, dat deze discussie in onze achterban verschillende belangen kent: gemeenten met grote druk door het huidige quotum, maar ook gemeenten, die straks (veel) meer dan ze deden, moeten afdragen. Als VKB hebben we daarom ingezet op een deugdelijke – en boekhoudkundig ook – eenduidige regeling, die recht doet aan de eerdere analyse van de Kleine Synode, en niet gericht is op extra geld ophalen, en recht doet aan het lokaal eigenaarschap over de middelen. Op dit standpunt staat de VKB nog steeds en dit draagt ze ook in de gesprekken uit. Daarmee probeert ze voor al haar leden op te komen, hoewel er straks dus gemeenten zijn die er financieel op vooruit, maar ook op achteruit zullen gaan. Dat is de essentie als je poogt de beoogde middelen voor de Kerk te herverdelen.
Aan tafel met de werkgevers
De lokale colleges en de landelijke kerk zijn de belangrijkste werkgevers in de kerk, en dus zitten zij gezamenlijk aan tafel rond de arbeidsvoorwaarden. In het georganiseerd overleg spreken ze met de bonden van de werknemers, zoals de Bond van Predikanten. In dit gezamenlijk overleg is afgesproken voor de primaire arbeidsvoorwaarden te kijken naar de CAO Rijksambtenaren. Al sinds het begin van deze eeuw wordt deze CAO gevolgd, maar altijd kritisch en op de primaire arbeidsvoorwaarden, omdat veel collectieve regelingen voor ambtenaren zich ook niet makkelijk met het werkveld van de kerk laten vergelijken. De laatste CAO doet helaas voor de kerk wel flink pijn, omdat, mede vanwege alle inflatie, deze CAO met bijna 10% gestegen is, en ook nog drie extra uitkeringen kent. Deze kosten zien lokale gemeenten nu ook terug in de bezettingsbijdrage Predikanten 2025 en de personeelskosten voor 2025. Maar als VKB wilden wij ook niet tornen aan gemaakte afspraken, die erop gericht zijn als kerk een betrouwbare werkgever te zijn. Wel hebben we geagendeerd dat we in de kerk moeten spreken over de toekomstige betaalbaarheid van professionals in de kerk. Ook hebben we een matigend beleid voorgesteld t.a.v. de secundaire arbeidsvoorwaarden voor 2025.
Signalen serieus nemen
Bovenstaande actuele voorbeelden laten zien hoe we als VKB recht willen doen aan de signalen die wij van onze leden krijgen. En hoe we onze actuele kennis en het netwerk benutten op het gebied van kerkbeheer. Zo willen we het bonte koor van stemmen in onze achterban dirigeren en samenbrengen tot een melodie, die bijdraagt aan pro-actief kerkbeheer voor de toekomst van onze kerk. Samen sterk voor de kerk!